Betuwe in Steentijd al fruitgebied: 6.000 jaar oude appels gevonden
De Betuwe blijkt al sinds de steentijd een fruitgebied te zijn. Archeologen hebben bij de opgravingen op Medel bij Tiel wilde appels gevonden van bijna zesduizend jaar oud.
Appels worden vaker gevonden bij opgravingen, al zijn ze zelden zo oud. Bijzonder zijn de sporen van het bewerken van de vruchten. De bewoners die hier in de Steentijd leefden, hebben de appels gesneden en gedroogd om ze te bewaren.
Archeologen hebben verschillende appelhelften gevonden. Aan de gerimpelde schil is te zien dat ze gedroogd zijn om te bewaren. Dit gebeurde bij een kampvuur. Dit is te zien omdat de appels zijn verbrand. Ze lagen te dicht bij het vuur.
De wilde appel was ’n zure appel. Wij vinden die nu niet meer lekker om rauw te eten.
Toch zullen ook in de Steentijd de appels vooral zijn gedroogd of gebakken, stellen de historici. In latere tijden maakten mensen van deze appels gelei (een soort jam), appelcider, Calvados en verjus (een soort appelazijn). De wilde appel is nu vrij zeldzaam in Nederland.